Druk zetten op een niet betalende klant kan op verschillende manieren. Een verstrekkende manier is het aanvragen van het faillissement. Het komt regelmatig voor dat incassoadvocaten de faillissementsaanvraag inzetten als incassomiddel als laatste drukmiddel. Dit is een effectief middel om de debiteur alsnog te laten betalen. Binnen drie weken na het indienen van de stukken vindt er in het algemeen een zitting plaats. De kans is groot dat de debiteur voor die tijd alle openstaande rekeningen betaalt.
Druk zetten op een niet betalende klant kan op verschillende manieren. Een verstrekkende manier is het aanvragen van het faillissement. Het komt regelmatig voor dat incassoadvocaten de faillissementsaanvraag inzetten als incassomiddel als laatste drukmiddel. Dit is een effectief middel om de debiteur alsnog te laten betalen. Binnen drie weken na het indienen van de stukken vindt er in het algemeen een zitting plaats. De kans is groot dat de debiteur voor die tijd alle openstaande rekeningen betaalt.
Een faillissementsaanvraag is feitelijk niet meer dan een verzoek aan de rechter, waarin u kort uitlegt dat uw debiteur de facturen niet betaalt, dat er (wellicht) meerdere schuldeisers zijn en dat het bedrijf daarom failliet verklaard moet worden. Binnen drie weken is er dan een zitting. U hoeft hierbij niet aanwezig te zijn, de debiteur wel. Het komt vaak voor dat debiteuren zwichten voor de druk van een rechtszaak en alsnog betalen, waarna het faillissementsverzoek wordt ingetrokken. Zo kan een (dreigend) faillissement een effectief incassomiddel zijn.
Er bestaan veel misverstanden en fabeltjes over een faillissementsaanvraag als incassomiddel. In dit blog bespreken we er vijf.
Fabel 1: faillissementsaanvraag is niet bedoeld als incassomiddel
Een faillissement is volgens de wet bedoeld om al het vermogen van een persoon of bedrijf onder de schuldeisers te verdelen. Als één schuldeiser een faillissement aanvraagt, maakt hij misbruik van deze regeling. De Hoge raad heeft echter beslist dat een faillissementsaanvraag wel degelijk mag worden ingezet als incassomiddel.
Fabel 2: een incassoadvocaat mag niet dreigen
Dreigen met geweld of diefstal mag uiteraard niet. Alleen een advocaat is bevoegd om een faillissement aan te vragen en kan in de communicatie naar de debiteur wel benoemen, dat u als klant overweegt om het middel in te zetten.
Fabel 3: schuldeiser is bij faillissement geld kwijt
Bij een faillissement denken veel mensen en ondernemers onterecht dat ze altijd hun geld kwijt zijn. Een faillissementsaanvraag betekent niet automatisch dat een rechter deze ook uitspreekt. Veel debiteuren willen een faillissement voorkomen en betalen dus al voordat de rechter uitspraak doet.
Fabel 4: er moeten minimaal twee schuldeisers zijn
Dit is niet zo. Een faillissement mag namens één partij worden aangevraagd. De verwarring ontstaat hierdoor: als u het faillissement daadwerkelijk door de rechtbank wilt laten uitspreken, dan moet u minimaal één andere schuldeiser kunnen noemen. Dit heet ‘pluraliteit van schuldeisers’. In de praktijk ook wel ‘steunvorderingen’ genoemd.
Fabel 5: steunvordering om aanvraag te ondersteunen
Ook dit is niet waar. Degene die als steunvordering wordt genoemd, is daar vaak niet eens van op de hoogte en hoeft het faillissementsverzoek dus niet actief te steunen.
Meer informatie? Neem contact op!
Het aanvragen van een faillissementsaanvraag moet u alleen gebruiken als laatste middel en met de bereidheid om de aanvraag door te zetten tot aan een daadwerkelijk faillissement. Het faillissement betekent immers dat de curator het initiatief gaat nemen om tot een oplossing voor de schuldeisers te komen. U bent het initiatief in de inning van uw vordering gewoonweg kwijt.
Faillissementen hebben grote maatschappelijke gevolgen en werpen uw debiteur ver terug in de schulden. Probeer dus eerst via diverse incassomiddelen en bemiddeling tot een betaling te komen met uw debiteur. Als ervaren incassobureau in Utrecht adviseren wij u graag hoe u dit het beste kunt aanpakken. Neem contact met ons op om uw openstaande factuur te bespreken.