Heeft u een klant / debiteur met loonbeslag én heeft deze persoon daarnaast een inkomen als zzp’er? Dan is het raadzaam om te weten hoe de beslagvrije voet in zo’n situatie berekend moet worden. Een recente uitspraak (ECLI:NL:RBNHO:2025:2434) van de rechtbank Noord-Holland brengt helderheid in deze situatie en laat het belang van juridisch inzicht en maatwerk zien. Precies waar Willems Gerechtsdeurwaarders & Incasso in uitblinkt. In dit artikel nemen we dit met u door.
Berekening van de beslagvrije voet
Wanneer er beslag op iemands loon wordt gelegd, mag diegene altijd een bepaald deel van zijn inkomen behouden: de wettelijke beslagvrije voet. Dit bedrag wordt vastgesteld op basis van de leefsituatie (zoals alleenstaand of met partner, met of zonder kinderen) en de inkomensgegevens uit de polisadministratie van het UWV. De beslagvrije voet bedraagt doorgaans 95% van de toepasselijke bijstandsnorm en wordt verhoogd met een zogenoemde compensatiekop, bedoeld om het verlies van toeslagen door hoger inkomen te compenseren.
Daarnaast kan het bedrag worden verlaagd met ander inkomen dat buiten het beslag valt. Dit laatste is vaak reden tot discussie, zeker wanneer er sprake is van inkomsten uit zelfstandig ondernemerschap. Hoe zwaar mag dit inkomen worden meegenomen.
De rol van zzp-inkomen
In de besproken zaak bij de rechtbank Noord-Holland ging het om een schuldenaar met loon én een geschat zzp-inkomen van € 1.200 per maand. De gemeente bracht dit bedrag volledig in mindering op de beslagvrije voet. Volgens de rechtbank was dat onjuist. De rechter oordeelde dat het zzp-inkomen weliswaar mag worden meegeteld bij het vaststellen van de compensatiekop, maar níet mag worden gebruikt om de beslagvrije voet te verlagen.
Juridisch gezien baseert de kantonrechter zich op artikel 475da lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Hierin staat dat de beslagvrije voet wordt berekend op basis van het belastbaar inkomen, zoals omschreven in artikel 475ab lid 1 Rv. Dat artikel geeft aan dat ook winst uit onderneming – zoals zzp-inkomen – onder dit belastbaar inkomen valt. Dit betekent dat het zzp-inkomen relevant is voor de verhoging van de beslagvrije voet, maar niet voor verlaging ervan.
Voor de verlaging verwijst de wet naar artikel 475c lid 1 Rv, waarin uitsluitend de inkomensbronnen uit de polisadministratie worden genoemd. Omdat zzp-inkomen daar niet onder valt en ook niet in de polisadministratie is opgenomen, mag het niet als grond dienen om de beslagvrije voet te verlagen. Een cruciaal verschil dat in de praktijk vaak over het hoofd wordt gezien.
Kan het zzp-inkomen zelf worden beslagen?
Wanneer er geen beslag op loon, maar juist op het zzp-inkomen zelf wordt gelegd – bijvoorbeeld via een opdrachtgever – dan ligt de situatie anders. In die gevallen geldt er geen automatisch recht op een beslagvrije voet. Wel kan de schuldenaar bij de kantonrechter verzoeken om de beslagvrije voet alsnog van toepassing te verklaren, mits kan worden aangetoond dat hij of zij onvoldoende bestaansmiddelen heeft. Daarbij wordt gekeken naar zowel inkomen als vermogen.
Dit is een belangrijk detail voor ondernemers met opdrachten aan zzp’ers: u kunt als opdrachtgever geconfronteerd worden met een dergelijk verzoek van de deurwaarder of het gerecht. Het proces vereist zorgvuldige voorbereiding.
De juiste berekening is van belang
Wanneer de beslagvrije voet te hoog of te laag wordt vastgesteld, kan dat grote gevolgen hebben voor het incassotraject. Te laag? Dan loopt u het risico dat het beslag wordt vernietigd. Te hoog? Dan laat u geld liggen dat in principe geïnd had kunnen worden. In beide gevallen leidt het tot vertraging, herberekeningen of zelfs nieuwe gerechtelijke procedures.
Bij Willems Gerechtsdeurwaarders & Incasso weten wij uit ervaring hoe vaak hier fouten in worden gemaakt en welke financiële schade dat voor onze opdrachtgevers oplevert. Wij zorgen dat het beslagtraject van begin af aan correct verloopt.
Wat doet Willems voor u?
Onze specialisten hebben uitgebreide kennis van alle relevante wetgeving rondom incasso en de beslagvrije voet. Wanneer er sprake is van complexe inkomensstructuren, bijvoorbeeld bij debiteuren met een eigen onderneming, freelance opdrachten of wisselende inkomsten, voeren wij een nauwkeurige analyse uit. Niet alleen controleren wij de officiële bronnen, maar vragen wij ook actief aanvullende gegevens op bij de debiteur. Dat betekent dat u kunt rekenen op een beslag dat juridisch standhoudt én maximaal rendement oplevert.
Wij ondersteunen opdrachtgevers en zzp’ers ook bij situaties waarin beslag op zelfstandig inkomen wordt gelegd. Of het nu gaat om communicatie met de kantonrechter, het afwegen van juridische routes of het begeleiden van een minnelijk traject, bij Willems bent u verzekerd van deskundige en praktische ondersteuning.
Heeft u te maken met een debiteur met een dubbel inkomen? Of wilt u zeker weten dat de beslagvrije voet correct is vastgesteld? Neem dan contact met ons op. Wij zorgen voor een juridisch sluitende aanpak, waarbij úw belang altijd voorop staat.
